vrijdag 31 juli 2009
DBNL
Het DBNL is de Digitale Bibliotheek der Nederlandse Letteren. Niet alleen in het nederlands, want ik vond daar ook het dagboek van Constantijn Huygens Jr, (secretaris van Willem III) over de periode 1673-1678, in het Frans!
'Il fit un tresmauvais temps auec une pluye et vent continuels..'
Er is weinig veranderd...
~~
DBNL stands for Digital Library of Dutch Literature. It isn't just in Dutch, because I found the diary of Constantijn Huygens Jr. -the secretary of William III - , in French!
He wrote a familiar thing about the weather, 'Il fit un tresmauvais temps auec une pluye et vent continuels..' Ah, well, nothing changes...
Het geallieerde leger van Willem III ~ William's Confederate Army
Due to the Spanish Netherlands’ strategic importance to both the Dutch Republic and France, the so-called “Cockpit of Europe” attracted immense armies on both sides. France assembled the largest army until the Napoleonic Wars during the Nine Years’ War; and the largest of its field armies was deployed in the Low Countries Theater. For the allies, the burden of the war effort in the Spanish Netherlands fell to England and the Dutch Republic, the wealthiest and militarily strongest of the coalition’s members. The combination of geography, politics, and strategy merged resulting in the greatest of the allies’ armies, the army the army of Stadhouder-Koning William III.
Het proefschrift van John Stapleton, is hier te vinden.
~~
A very interesting dissertation by John Stapleton can be found here.
Het proefschrift van John Stapleton, is hier te vinden.
~~
A very interesting dissertation by John Stapleton can be found here.
donderdag 30 juli 2009
Video van VOC schip
Met dank aan de NOS beelden van het VOC schip.
~~
Thanks to the NOS moving images of the VOC ship.
~~
Thanks to the NOS moving images of the VOC ship.
Nieuwe weblog ~ New link
Ralphus wees mij op de weblog van Stephane Thion, die een geweldige weblog heeft over het Franse leger uit de 17e eeuw. Mr Thion is de auteur van dit boek:
Recensie hier, googlebook hier, en hier te bestellen.
~~
Thanks to Ralphus a new weblog on the linklist, the one of French historian Stephane Thion, author of a new book on the French Army in the 30-years war, where the likes of Turenne started their carreer.
Recensie hier, googlebook hier, en hier te bestellen.
~~
Thanks to Ralphus a new weblog on the linklist, the one of French historian Stephane Thion, author of a new book on the French Army in the 30-years war, where the likes of Turenne started their carreer.
VOC schip in brand ~ VOC ship Prince William burns down
Vanmorgen reed ik door Den Helder en zag het VOC replica-schip Prins Willem, dat gisteren in brand vloog, nog steeds nabranden. Na een korte vakantie op de Waddeneilanden straks meer over de brand en het marinemuseum van Den Helder.
~~
This morning I saw the still burning remains of the VOC ship Prince William in the harbour of Den Helder. After a short holiday on the Wadden-Islands, more on this and more on the Navy Museum of Den Helder.
donderdag 16 juli 2009
Lodewijk de XVe ~ Louis XV
woensdag 15 juli 2009
dinsdag 14 juli 2009
Ekeren 1703
Op 30 juni 1703 vond er bij Antwerpen een veldslag plaats tussen het Staatse Leger onder Jacob van Wassenaar en een Frans leger onder Bedmar en Boufflers. Het is om diverse redenen bijzonder.
In de eerste plaats omdat het een slag was tussen een echt 'Staats Leger' en de Fransen.
In de tweede plaats laat de slag zien, binnen het grote strategische verband hoe de door de Britten zo verafgode Marlborough dacht over zijn bondgenoten: namelijk als kanonnenvoer. Door een strategische blunder (de Fransen deden weer eens wat anders dan hij dacht), presteerde Marlborough namelijk het Staatse contigent
volledig te isoleren van de rest van het geallieerde leger, met als gevolg dat ze voor een overmacht van 2:1 stonden.
Derde bijzondere feit: het Staatse legercorps wist uit de omsingeling te ontsnappen en bracht de Fransen fikse schade toe.
Vierde bijzondere feit: van Wassenaar verliet het slagveld voordat de slag was beeindigd en hij door had dat hij won. Hij moest voor de krijgsraad komen, maar werd vrijgesproken.
Bron: J.K.H.I. Bottema in Mars et Historia, 7e jaargang nummer 3, hier te vinden. Het artikel bevat ook een OOB van beide kanten en om de pret compleet te maken, de vaandels van twee regimenten die bij de slag aanwezig waren, vind de lezer hieronder.
~~
On the 30th of June 1703 a rather remarkable battle occured at the village of Ekeren, near Antwerp in Flanders.
First remarkable feat, a real battle between the States' Army and the French.
Second remarkable feat, it shows how Marlborough, who has an almost god-like reputation in the UK really thought of the Allies, namely as cannon fodder. Because of a strategic blunder (the French didn't exactly do what Marlborough anticipated) the Dutch Corps was isolated from the rest of the Army and found itself alone against French troops that outnumbered them 2:1.
Third remarkable feat: the Dutch Corps broke through the French encirclement and damaged the French dearly.
Fourth remarkable feat: commander van Wassenaar 'left the field early' (basically put: he ran off!), was tried but got aquitted.
As a bonus, the flags of two States' regiments involved in the battle. An article on the battle, with the OOB and literature list, can be found here.
maandag 13 juli 2009
Rampjaar 1672 ~ Disaster year 1672
Geschiedenis als politiek.
Redeloos, radeloos en reddeloos. Het is ook werkelijk zo beleefd. Door deze kleine familie en door heel het land. Alleen al aan het opnieuw voelbaar maken van wat heel lang meer een historische mantra was dan historische werkelijkheid dankt dit boek zijn betekenis. Tegelijkertijd zet het de kleine natie met een groots verleden op haar plaats. Na zo'n kleine eeuw boven haar stand te hebben geleefd was het uit met de pret. Dat Nederland nog bestaat is welbeschouwd te danken aan de grootmachten die de koning van Frankrijk niet als heerser over de christenheid wensten. Hun steun en de waterlinie waren doorslaggevend in 1672. Onze geschiedenis zou ons bescheiden moeten maken in plaats van zelfvoldaan. Dat is de les van deze pijnlijk trefzekere geschiedschrijving, die bewijst dat het Rampjaar ten onrechte in de canon 'vergeten' is. Luc Panhuysen zou een lintje moeten krijgen in deze tijd van geroep om onbezonnen historische vaderlandsliefde.
Jos Palm
Bovenstaande heb ik van de website van het TV programma 'Andere tijden'.
Luc Panhuysen is de auteur van het boek 'Rampjaar', waar ik hier een vooraankondiging heb gedaan. Het behandelt de jaren 1672 en 1673 aan de hand van de correspondentie tussen vader en zoon van Rheede en hun moeder. Vader Godard Adriaan van Reede (schilderij boven) was een diplomaat die grotendeels (en met succes) de belangen van de Republiek in het buitenland behartigde. Ook bekostigde hij een eigen regiment (waarover later meer).
Zoon Godard, was indertijd militair in het Staatse leger, en moeder Margaretha bleef achter in Utrecht toen de Fransen binnenvielen. Ze vluchtte naar Amsterdam en moest meemaken hoe het voorvaderlijk kasteel en landgoed door de Fransen werd verwoest.
De bewaarde correspondentie geeft een goed beeld van de algemene gebeurtenissen, en ook een goed beeld van de elite uit die tijd, waarbij ik opmerk dat de familie van Reede achteraf gezien op het juiste pro-Oranje paard heeft gewed en redelijk ongeschonden door de oorlog is gekomen. De politieke en militaire gebeurtenissen komen goed naar voren en het boek is goed en vlot leesbaar.
Luc Panhuysen heeft ook meegewerkt aan uitzendingen van Andere Tijden en dat hij een positieve recensie krijgt is dan ook niet verwonderlijk. Andere Tijden is ook wel een leuk programma, maar is lang niet zo revolutionair als de voorgangers bij de VPRO. Ja mensen, geschiedenis is leuk maar het mag niet te diep gaan op TV, want het is allemaal uiteindelijk amusement.
Het is ook jammer dat Jos Palm zich niet meer verdiept had in de achtergronden van de Guerre d'Hollande, want anders had hij bovenstaand niet geschreven: de tijd van de onbezonnen vaderlandsliefde is na eigenlijk 1900 al lang voorbij in de geschiedsschrijving.
Het grote aantal boeken over 1672, vooral van lokale geschiedsschrijvers, bewijst de oprechte belangstelling voor het verleden, en Nederlanders zouden geen Nederlanders zijn, als het daarmee gewoon klaar was. Dat er opeens een Canon voor de Geschiedenis is, lijkt mij een goede zaak. Dit heeft helemaal niets met vaderlandsliefde te maken maar met een goede algemene ontwikkeling. Dat er een politieke partij is met de naam Trots op Nederland en dat de PVV vóór de canon is, wil nog niet zeggen dat die canon slecht is. En Wouter Bos heeft het over 'gepast nationalisme', dus zo'n vaart loopt het ook allemaal niet.
Met een goede algemene ontwikkeling had Stam geweten dat het succes van 1672 te wijten was aan de arrogantie van Lodewijk XIV zelf, de Waterlinie, de halstarrigheid van de Hollandse havikken (uit eigen belang), en het succes op zee. Dat buitenland dan? Engeland hoorde bij Frankrijk en trok zich pas in 1673 terug, Keulen en Munster liepen stuk op de Fries-Groningse waterlinie, Zweden liep stuk op Denemarken en de steun uit Brandenburg kwam veel te laat. En als Stam echt goed ontwikkeld was geweest, dan had hij geweten dat de Republiek zelf lang een grootmacht was.
En ja, dat heeft geld gekost. Heel veel geld, maar dat gold ook voor Frankrijk, Engeland en Brandenburg, die net als de Republiek boven hun stand leefden. Hoe dat afliep is iets voor een nieuw weblog. Maar goed, 1672 was ondanks de blunders, fouten en kuiperijen, niet een dieptepunt maar eigenlijk een hoogtepunt. Of je daar trots op moet zijn, laat ik liever aan de lezer over.
~~
History as Politics.
The words ’radeloos, redeloos en reddeloos’ rhyme in Dutch. The mean ‘not knowing what to do’, ‘not knowing what to say’, and ‘without hope’. People really lived by these words. By this small family but also across the land. The books owns his meaning not just by the above three words, which are linked to 1672 like a mantra, without any real historic ground but by giving a real feel to the period. It also puts a small nation into his right place. After living above it’s capabilities for over a 100 years, the fun was over. The existence of the Netherlands can basically be explained by the fact that the Grand Powers of the day, didn’t want France to rule over the Christian World. Their support and the Waterdefense line were decisive in 1672. Our national history should make us modest, in stead of arrogant.
This lesson can be taken from the painful accurate histography that proves that the disaster year has been unjustly forgotten in the Dutch Hisory canon. Luc Panhuysen should receive a decoration for that, in this time of thoughtless patriotism.
Jos Palm
The above text is taken from the website of the Dutch TV show ‘Andere Tijden’.
Luc Panhuysen is the author of the book ‘Rampjaar’, which I mentioned earlier on here. It deals with the years 1672 and 1673, using the private correspondence of the van Reede family. Father Godard Adriaan van Reede was a diplomat who stayed mainly abroad working with succes for the Dutch Republic. He also founded his own regiment (later a bit more about this).
His son Godard (later Count Athlone, and it’s his picture by Ter Borch you see), was a soldier in the States’ Army and mother Margarethe was in Utrecht when the French invaded. She fled to Amsterdam and she had to endure the destruction of the family castle and lands by the French.
The correspondence gives a good picture of the general facts and also a good picture of the elite of the period, and I note that the van Reedes made a bet on the right (Orange) horse and rather well relatively survived the french occupation. Politics and military affairs are well documented in the book and it’s a good and fast read.
Luc Panhuysen also collaborated on ‘Andere Tijden’, so it’s not remarkable that the review is positive.
‘Andere Tijden’ is a nice programme, but not as revolutionary as it’s predecessors on VPRO television. Yes folks, history is fun but it shouldn’t be difficult because everything on TV is - and remains entertainment.
It’s unfortunate that mr Palm hasn’t done his reading on the Guerre d’Hollande, otherwise his review would be a different one: the times of arrogant patriotism in histography have been long ago.
The great numder of books on 1672, especially by local historians, show a true and genuine interest in the past and Dutchmen wouldn’t be Dutchman, - that’s just it.
We are too down to earth to start waving flags and hit the streets because of this. The Canon of History, a list of notable facts and persons to be used as an educational tool, looks like a good idea to me. This has nothing to do with patriotism but with basic general knowledge and education. The fact that we have a political party called ‘Proud of the Netherlands’ and the Geert Wilders phenomena, who seem to be in favour of the Canon, doesn’t mean te Canon is bad. And Minster of Finance Wouter Bos just talks sense with his appeal for ‘moderate nationalism’, so things aren’t that bad.
If mr Stam was properly educated, he knew that the succes of surviving 1672 was caused by the arrogance of Louis XIV, the water-defense line, the stubbornness of the Holland war hawks and succes on sea. And that abroad bit? England was allied with Frabce up to 1673 and was defeated on sea. Cologne and Munster got stuck on the Frisian-Groningen water defense line, Sweden took the Danish tiger by the tail and Brandenburg basically did nothing at first. If Stam was really educated he knew that the Dutch Republic was in fact one of the Great Powers.
And yes, that took a lot of money.Lots of money, just like in France, England and Brandenburg, who lived above their capabilities, just like the Republic. How that ended, is something for a new blog.
Anyway, 1672 was despite its blunders, mistakes, political intrigue not a low but a high. I leave it up to the reader of this blog to be proud of this.
zaterdag 11 juli 2009
Kleding ~ Clothes
vrijdag 10 juli 2009
Munsterische Heerwesen ~ the Army Affairs in Munster
Met dank aan mijn collega Laurien, heb ik nu de beschikking over 'Das Heerwesen des Munsterschen Furst Bischofs Christoph Bernhard van Galen 1650-1678.' Een copie in pdf is via mij te verkrijgen.
~~
Thanks to my collegue Laurien, I now have a paper and pdf copy of 'Das Heerwesen des Munsterschen Furst Bischofs Christoph Bernhard van Galen 1650-1678'. If you are interested, drop me a mail or PM.
Van Nimwegen II
Nu ook bij mij op de leestafel:
en nog steeds aan het lezen:
Het is jammer dat deze boeken alleen nog in het Nederlands verschenen zijn. Nu kan ik wel stukken uit gaan vertalen of de conclusies met een ieder gaan delen, maar ik ben geen beëdigd tolk/vertaler en het nadeel van selecteren bij zo'n breed onderwerp lijkt me wel duidelijk.
~~
Another two books by Olav van Nimwegen on the reading table. It's really a shame that the books are only available in dutch. I can translate or quote from the books, but I am not a qualified translator and the limitations of making selections are obvious. There is an english available summary though of 'Subsistentie'.
en nog steeds aan het lezen:
Het is jammer dat deze boeken alleen nog in het Nederlands verschenen zijn. Nu kan ik wel stukken uit gaan vertalen of de conclusies met een ieder gaan delen, maar ik ben geen beëdigd tolk/vertaler en het nadeel van selecteren bij zo'n breed onderwerp lijkt me wel duidelijk.
~~
Another two books by Olav van Nimwegen on the reading table. It's really a shame that the books are only available in dutch. I can translate or quote from the books, but I am not a qualified translator and the limitations of making selections are obvious. There is an english available summary though of 'Subsistentie'.
woensdag 8 juli 2009
Van Nimwegen
Da's ja mooi, zegt de Groninger: Dr. Olaf van Nimwegen, wiens werk in al diverse malen heb aangehaald, schijnt nu in Groningen te doceren. Moet ik eens een interview met de beste man gaan doen en heeft de lezer dezes wellicht nog vragen?
~
'That's rather nice' (*), as we would say here: Dr Olaf van Nimwegen, whose work I quoted several times, seems to be teaching now on the University of Groningen. (In fact in walking distance of my office)
Should I do an interview and do the readers of this blog have some questions?
(*) People from Groningen are known for the fact that they use few words and the word 'understatement' is probably invented here.
dinsdag 7 juli 2009
Oudenaarde
Heraut ~ Herald
Op de website van het Legermuseum vond ik deze tekening van een heraut/trompetter gemaakt door Hoynck van Papendrecht, gebaseerd op een schilderij van Ter Burch, wat weer in het Mauritshuis hangt.
~
A picture of a herald for the website of the Dutch Army museum, by Hoynck van Papendrecht. The picture is based on a painting by Ter Burch in the Mauritshuis museum.
zondag 5 juli 2009
Carsaai ~ Kersey I
"Hm..zo'n jas uit die tijd..is wel mooi.."
"Hm.."
"Eigenlijk wel erg mooi..zal ik.."
"Nee!"
"Misschien als ik hem zelf maak, of als ik..."
"Nee!"
"Maar ik heb patronen gevonden en ook de stof.."
"Nee! Eerst de tuin!"
"Ja..maar.."
"Nee!"
Ik houd het dus maar even bij tinnen figuren. Mijn bestelling bij Dixon is binnen (de Lodewijk XIV Army deal) en ik heb ook mijn Copplestone figuren op de foto gezet. de figuren zijn volgens de Impetus Baroque regels op hun voetstuk gezet, dus met een frontage van 14cm.
De figuren van Copplestone Casting en deze serie van Dixon zijn allebei gemaakt door Mark Copplestone. Opvallend is dat de CC figuren een slag groter zijn van die van Dixon en misschien daardoor erg mooi gedetailleerd. Ik weet nog niet of ik ze ga mengen in één eenheid. De Dixon figuren zijn ook goed, en opvallend goed gegoten, zeker als je in aanmerking neemt dat het om relatief oude figuren gaat. De service van Dixon is uitstekend.
Mijn kritiekpunten zijn het beperkte aantal typen ruiters dat je krijgt (eigenlijk maar één met daarentegen verschillende hoofden) en het feit dat ik 24 dezelfde paarden kreeg van de 26. Dus als iemand wat te ruilen heeft...
Links Dixon, rechts Copplestone.
Links Dixon, rechts Copplestone.
Dixon
~~
"Nice period clothing, isn't it.."
"Hm..."
"Very nice, you know I have been thinking..."
"No..."
"Well, if I make them myself, can I.."
"No!"
"But I have found patterns..and.."
"No!! First the garden !!"
"Yes..but.."
"NO!!!"
So..I'll stick to lead/pewter figs then. My order from Dixon arrived and at least I have some time to sort them out and make some comparison shots with the Copplestone Casting figs. I like both ranges. The CC are bigger and more detailed but the Dixon's are surpisingly good as well and are very well cast.
Dixon's service is excellent and the Army deal is great value for money. Mu critcism are the fact thet some more variations horse rider could be done (although there are different head variants) and the fact that I got 24 of the same horses out of 26. I will get some more though.
Anyone in for a trade?
On the pics Dixon left, CC right, last pic are Dixon.
Carsaai ~ Kersey II
"Onze kennis omtrent de uniformering van het Staatse leger is op zijn zachtst gezegd erg gebrekkig. Vooral in het tijdvak vóór 1750 zijn er vele hiaten te vinden. Hiervoor zijn verschillende oorzaken. In de eerste plaats het ontbreken van bindende voorschriften en reglementen. Weliswaar had de koning-stadhouder Willem III een tweetal `Ordres' omtrent de kleding uitgevaardigd, doch hierin werd eigenlijk alleen maar bepaald, dat de Regimenten Infanterie elke 2 jaar, en wel in de maand mei, nieuwe kleding zouden moeten ontvangen.
Deze zou vervaardigd moeten zijn van `goede en suffisante Carsaye' , terwijl de `Surtouts, of bovenrocken van goede pye' moesten zijn.
De keuze van de snit en de kleuren van de uniformen werd aan de kolonels overgelaten.
Alleen werd er nadrukkelijk op gewezen dat `ten einde de gemeene Soldaaten by de
Kleedinge soo weinig als mogelijk mogen werden beswaart, sullen omtrent deselve Kleedinge werden geschuwt alle onnoodige onkosten en cieraaden, ronder dat om reeden van deselve Benige kortinge ral mogen werden gedaan, boven de geene dewelke tot de onkosten van de ordinaris Kleedinge by sijne Hoogheids voorgaande Reglement, het welk by deesen in geheen dele werd gederogeert, is vastgestelt en geordeonneert'.
Het kwam er dus op neer dat de uniformen zo eenvoudig mogelijk gehouden moesten worden, maar dat de kwaliteit van de gebruikte stoffen aan zekere eisen moest voldoen. Vandaar dat men vaak naturelkleurig; ongeverfd grof laken oftewel karsaai gebruikte, terwijl alleen de voering van gekleurde baai, en de mouwopslagen soms van gekleurde karsaai waren.
Slechts enkele regimentscommandanten konden of wilden zich de luxe permitteren om
gekleurde lakens te gebruiken en op een of andere wijze de kleding te verfraaien. Vaak beperkte dit laatste zich tot de uniformen van de officieren, onderofficieren en de tamboers en verdere speellieden.
Zodoende zal het Staatse leger tijdens de oorlogen tegen Frankrijk ondanks die soberheid toch een bonte aanblik geboden hebben."
Uit: De ontwikkeling van de Infanterie-uniformen in het Staatse Leger gedurende de 18e eeuw, F.G. de Wilde, Armentaria 17, Legermuseum Delft.
Het is misschien wel een hele lange aanhaling uit het artikel, maar ik denk dat het belang van de Wilde voor de uniformkunde niet overschat mag worden. Het blad Armentaria is daarnaast een waardevolle bron van informatie, en ook de medewerkers van het Legermuseum zijn zeer behulpzaam. De Wilde gaat verder in zijn artikel met een beschrijving van het uniform van het regiment Nassau Friesland of Oranje Friesland: een vaandrig wordt beschreven met een rode justacorps, met licht blauwe opslagen. De panden en de opslagen hebben witte galons en gouden randen. Donkerblauwe broek en witte kousen. Een sjerp lichtblauw en geel.
De onderofficier draagt een rood justacorps, met blauwe opslagen, een blauw vest en blauwe broek. Het is niet duidelijk wat de soldaten droegen, er is een lijst gevonden uit 1690 waaruit men kan afleiden dat dat de soldaten blauwe uniformen droegen met rode omslagen. De Wilde verdedigt vervolgens de stelling dat een en ander ook zou kunnen gelden voor de andere Oranje regimenten als Oranje Stad en Lande. Er zijn overigens nog meer details in het artikel zoals over de knopen, randen en de hoeden.
De stof die voor de soldaten werd gebruikt was laken. Tegenwoordig kennen we alleen nog het biljardlaken maar er waren nog meer vormen als baai en carsaai. Carsaai komt van het engelse Kersey en het wordt nog steeds gemaakt, a raison van 29$ per yard hier, en hier een stuk goedkoper.
~
Well, some obligatory reading, taken from the website of the Dutch army museum. I admit it's a very long quote and I do stress that you have to read the full article to appreciate the work of F.G. de Wilde, the expert on the uniforms of the State's Army. The full article is published here: De ontwikkeling van de Infanterie-uniformen in het Staatse Leger gedurende de 18e eeuw, F.G. de Wilde, Armentaria 17, Legermuseum Delft.. (Armentaria 17, Dutch Army Museum).
"Our knowledge on the uniforms of the States' Army, is rather minimal to say the least. Especially on the period before 1750, there are many gaps in our knowledge. There are many causes for this.
First of all, the lack of rules and regulations. William III had issued two 'Ordres', concerning about clothing, but these anly stated that every two years regiments had to be issued new clothing, in the month of May.
This clothing had to be made of 'good and satisfactory kersey', and the 'surtouts' and upper garments should be made of good 'pye' (=probably wool). The cut of the cloth and the colours were left to the Colonel of the regiment. The 'Ordre' stated though that 'not to burden the common soldier, all unnecessary costs and jewelry should be avoided, though within the rules and regulations that are stipulated here, especially regarding the costs.'
Uniforms had to be a simple as possible, but there were some minimum demands regarding the quality of the materials used. Often natural colours were used. Undyed coarse broadcloth was used, 'kersey', and only the lining was coloured with 'baai', (a coarse wool textile), and sometimes the cuffs were coloured as well.
Only some regimental commanders could or would afford the luxury to brighten up the unforms, by using the more expensive broadcloth or other materials. If they did,it was usually limited to commanders, officers and subalterns and musicians.
Therefor the States' Army were a colourful sight during the French wars."
Mr de Wilde also gives a description of the uniforms of the regiment 'Oranje Friesland', also called 'Nassau Friesland'. A 1672 plate decribes a flag bearer and a subaltern officer. The flag bearer wears a 'red justacorps', with light blue cuffs, which are again lined with white 'galons' and small gold rims. A light blue / yellow sash is worn. The subaltern, a Veldtwaibel (word related to the german Feldwebel), is described as having a red justacorps, blue cuffs, blue vest and trousers. This doesn't mean, according to de Wilde, that the entire regiment was dress in red as well, on the contrary a 1692 inventory list, lists a shipment of blue cloth to the regiment. Probably the same difference in colour between the ranks will go for the other 'Oranje regiments'.
The textile most used was carsaai or kersey wool, which is still made today, just like baai, also a wool product of which I don't kniow the english word right now, it seems to be similar to molton. Get it a raison de 29$ per yard here, or here for a third of the price but just in one colour.
Deze zou vervaardigd moeten zijn van `goede en suffisante Carsaye' , terwijl de `Surtouts, of bovenrocken van goede pye' moesten zijn.
De keuze van de snit en de kleuren van de uniformen werd aan de kolonels overgelaten.
Alleen werd er nadrukkelijk op gewezen dat `ten einde de gemeene Soldaaten by de
Kleedinge soo weinig als mogelijk mogen werden beswaart, sullen omtrent deselve Kleedinge werden geschuwt alle onnoodige onkosten en cieraaden, ronder dat om reeden van deselve Benige kortinge ral mogen werden gedaan, boven de geene dewelke tot de onkosten van de ordinaris Kleedinge by sijne Hoogheids voorgaande Reglement, het welk by deesen in geheen dele werd gederogeert, is vastgestelt en geordeonneert'.
Het kwam er dus op neer dat de uniformen zo eenvoudig mogelijk gehouden moesten worden, maar dat de kwaliteit van de gebruikte stoffen aan zekere eisen moest voldoen. Vandaar dat men vaak naturelkleurig; ongeverfd grof laken oftewel karsaai gebruikte, terwijl alleen de voering van gekleurde baai, en de mouwopslagen soms van gekleurde karsaai waren.
Slechts enkele regimentscommandanten konden of wilden zich de luxe permitteren om
gekleurde lakens te gebruiken en op een of andere wijze de kleding te verfraaien. Vaak beperkte dit laatste zich tot de uniformen van de officieren, onderofficieren en de tamboers en verdere speellieden.
Zodoende zal het Staatse leger tijdens de oorlogen tegen Frankrijk ondanks die soberheid toch een bonte aanblik geboden hebben."
Uit: De ontwikkeling van de Infanterie-uniformen in het Staatse Leger gedurende de 18e eeuw, F.G. de Wilde, Armentaria 17, Legermuseum Delft.
Het is misschien wel een hele lange aanhaling uit het artikel, maar ik denk dat het belang van de Wilde voor de uniformkunde niet overschat mag worden. Het blad Armentaria is daarnaast een waardevolle bron van informatie, en ook de medewerkers van het Legermuseum zijn zeer behulpzaam. De Wilde gaat verder in zijn artikel met een beschrijving van het uniform van het regiment Nassau Friesland of Oranje Friesland: een vaandrig wordt beschreven met een rode justacorps, met licht blauwe opslagen. De panden en de opslagen hebben witte galons en gouden randen. Donkerblauwe broek en witte kousen. Een sjerp lichtblauw en geel.
De onderofficier draagt een rood justacorps, met blauwe opslagen, een blauw vest en blauwe broek. Het is niet duidelijk wat de soldaten droegen, er is een lijst gevonden uit 1690 waaruit men kan afleiden dat dat de soldaten blauwe uniformen droegen met rode omslagen. De Wilde verdedigt vervolgens de stelling dat een en ander ook zou kunnen gelden voor de andere Oranje regimenten als Oranje Stad en Lande. Er zijn overigens nog meer details in het artikel zoals over de knopen, randen en de hoeden.
De stof die voor de soldaten werd gebruikt was laken. Tegenwoordig kennen we alleen nog het biljardlaken maar er waren nog meer vormen als baai en carsaai. Carsaai komt van het engelse Kersey en het wordt nog steeds gemaakt, a raison van 29$ per yard hier, en hier een stuk goedkoper.
~
Well, some obligatory reading, taken from the website of the Dutch army museum. I admit it's a very long quote and I do stress that you have to read the full article to appreciate the work of F.G. de Wilde, the expert on the uniforms of the State's Army. The full article is published here: De ontwikkeling van de Infanterie-uniformen in het Staatse Leger gedurende de 18e eeuw, F.G. de Wilde, Armentaria 17, Legermuseum Delft.. (Armentaria 17, Dutch Army Museum).
"Our knowledge on the uniforms of the States' Army, is rather minimal to say the least. Especially on the period before 1750, there are many gaps in our knowledge. There are many causes for this.
First of all, the lack of rules and regulations. William III had issued two 'Ordres', concerning about clothing, but these anly stated that every two years regiments had to be issued new clothing, in the month of May.
This clothing had to be made of 'good and satisfactory kersey', and the 'surtouts' and upper garments should be made of good 'pye' (=probably wool). The cut of the cloth and the colours were left to the Colonel of the regiment. The 'Ordre' stated though that 'not to burden the common soldier, all unnecessary costs and jewelry should be avoided, though within the rules and regulations that are stipulated here, especially regarding the costs.'
Uniforms had to be a simple as possible, but there were some minimum demands regarding the quality of the materials used. Often natural colours were used. Undyed coarse broadcloth was used, 'kersey', and only the lining was coloured with 'baai', (a coarse wool textile), and sometimes the cuffs were coloured as well.
Only some regimental commanders could or would afford the luxury to brighten up the unforms, by using the more expensive broadcloth or other materials. If they did,it was usually limited to commanders, officers and subalterns and musicians.
Therefor the States' Army were a colourful sight during the French wars."
Mr de Wilde also gives a description of the uniforms of the regiment 'Oranje Friesland', also called 'Nassau Friesland'. A 1672 plate decribes a flag bearer and a subaltern officer. The flag bearer wears a 'red justacorps', with light blue cuffs, which are again lined with white 'galons' and small gold rims. A light blue / yellow sash is worn. The subaltern, a Veldtwaibel (word related to the german Feldwebel), is described as having a red justacorps, blue cuffs, blue vest and trousers. This doesn't mean, according to de Wilde, that the entire regiment was dress in red as well, on the contrary a 1692 inventory list, lists a shipment of blue cloth to the regiment. Probably the same difference in colour between the ranks will go for the other 'Oranje regiments'.
The textile most used was carsaai or kersey wool, which is still made today, just like baai, also a wool product of which I don't kniow the english word right now, it seems to be similar to molton. Get it a raison de 29$ per yard here, or here for a third of the price but just in one colour.
zaterdag 4 juli 2009
Haarlem
Zicht op Haarlem van Jacob van Ruisdaal. Dit schilderij bevindt zich in het Mauritshuis, maar op hun website vond ik maar een lullig klein plaatje, dit in tegenstelling tot de uitstekende website van het Rijksmuseum. Waarom dit plaatje? Omdat hij mooi is? Ja dat ook, maar ook omdat hij 'echt is'. Geen landschap met uitgestrekte bossen, of met bergen en heuvels, maar een stad met zijn molens, zijn stenen huizen en het bleekveld waar de was te drogen ligt. Uitermate geschikt voor modelbouwers en wargamers.
P.S. Het schilderij is geschilderd met een blik vanuit de duinen. Haarlem ligt zo'n 10 km van de zee.
P.S. 2 De luchten in onze streken zijn erg mooi, maar meteorologen zijn het er over eens dat de 17e eeuwse schilders het esthetische aspect vooral lieten prevaleren.
~
View on the city of Haarlem (in English 'Harlem' of NYC fame), by Jacob van Ruisdaal (or Ruysdaal, there was no fixed spelling in those times), a picture that is now in the Mauritshuis a museum in the Hague. Sorry to say, the Mauritshuis website is crap, but I found the pic as well on the excellent website of the Amsterdam Rijksmuseum.
Why did I choose this painting? Well, it's beautiful of course, but also very 'real'. No landscape with lush forests, or hills and mountains, but a typical Low Country city with its mills, stone houses and 'bleach field' where the washing is done. Very useful for both modellers and wargamers.
P.S. The view on Haarlem is from the West, on a dune. Haarlem is about 10 km's from the sea.
P.S. 2 The skies in our regions are beautiful, but on 17th century paintings esthetically pleasing but not very realistic.
Ruitergevecht ~ Cavalry encounter
Een ruitergevecht van de schilder Abraham Calraet (1642-1722). Opvallend het arcadische landschap en de lage-landen uitziende ruiters, met aan beide kanten met oranje sjerpen gekleed.
De plaat komt uit het Rijksmuseum. Zeer waarschijnlijk is het dezelfde schilder als hier, maar helaas is dat schilderij over het bezoek van Willem III aan Dordrecht slecht te bekijken.
~
Above a cavalry fight a painting by Abraham Calraet, which is now in the Rijksmuseum. Note the arcadian landscape and the low countries looking people, dressed the same in orange sashes.
Calraet is probably the same painter of this painting of the visit of William III to the city of Dordrecht, but the pic is very small.
For Ralphus: the main search page is here!
donderdag 2 juli 2009
Officieren in Maastricht ~ Officers in Maastricht
Een mooi artikel hier, over de woonsituatie van officieren in de garnizoensstad Maastricht, dit aan de hand van archiefonderzoek naar hun inventarissen. Ik citeer:
De twintig boedelinventarissen van Maastrichtse garnizoensofficieren maken duidelijk dat we hier te maken hebben met een groep met kenmerkende kleding en uitrusting die veel onderweg was. Beide elementen weerspiegelen zich in respectievelijk uniformen, wapentuig en reismeubilair. Daarnaast tonen de grote hoeveelheden wapens en uniformen in de diverse boedelinventarissen aan dat kapiteins hun manschappen dienden te voorzien van kleding en uitrusting.
Het plaatje is uit 1750, geschilderd op een gevangenisdeur.
~~
A very nice article here on the living conditions of officers of the garrison town of Maastricht, researched using their archived inventory. A quote from the article:
'The twenty inventories of Maastraicht garrison officers show that we are delaing with a group of people with notable clothing and gear, who were a lot under way. Both elements reflect themselves in the uniforms, the weapons, and travel gear. The great amount of weapons and clothing, show that the captains had to cloth and arm their soldiers.
The picture comes from 1750, and is painted on a prison door.
woensdag 1 juli 2009
Blaas de pan uit ~ Blow your pan
Inderdaad, een beetje een vreemde titel, maar zo heet het plaatje echt. Ik vond het hier, op de website van het geheugen van Nederland met een afdeling over de Engels-nederlandse relaties.
~~
I know, sounds a bit strange, but that's how the pic is named on this site. It has a special section on dutch-english relations, with all it's ups and downs.
Texel
Mooi schilderij van Ludolf Backhuysen van oorlogsschepen voor Texel. In het midden de Gouden Leeuw, het schip van Cornelis Tromp. Wat de engelse wiki niet over Tromp vertelt, is dat het volgende verhaal. Op 30 november 1652 veroverde hij het Engelse schip Phoenix. Vervolgens werd voor de haven van Livorno de drankvoorraad soldaat gemaakt en werd het schip weer terugepikt door de engelsen die hem overboord gooiden!
Vooral erg plezant zijn ook de sjieke dames en heren op het strand. Heet zo'n mooie grote hoed niet een 'Cavalier hat'?
~~~~
A nice painting by Ludolf Backhuysen of ships before the island of Texel. In the middle the 'Gouden Leeuw', 'Golden Lion', the flagship of Cornelis Tromp. The english wiki on the man, fails to mention the following story: on the 30th of november 1652 Tromp and his crew captured the English ship Phoenix. The also captured the liquor stock, and whilst Tromp and his men were working on their hang-over near the harbour of Livorno, the english captured the ship again and threw the dutch overboard!
Also note the nice ladies and gentleman on the beach. Those big hats are called 'cavalier hats'?
Abonneren op:
Posts (Atom)